Hôpital Wallon
 
 

Een lange historie

In 1359 wordt voor het eerst melding gemaakt van woonactiviteit op de plaats waar zich nu Rapenburg 12 bevindt. Het eerste contact met de Waalse Kerk stamt uit 1573 als predikant Godefroy de Guenet enige tijd in onderhuur in het pand verblijft. In die tijd bestond er nog geen huisnummering en stond er op de plek waar nu nummer 12 staat zelfs twee huizen. Die worden in 1638 door hoogleraar Jacob Golius bijeen gevoegd tot één huis, later breidt Gool zijn huis verder uit als hij een van de panden aan de toenmalige Voldersgracht (Langebrug) koopt. Een kleine eeuw later, in 1724, krijgt Willem Jacob 's Gravesande (een vooraanstaand natuurkundige) toestemming om een nieuwe gevel op te trekken aan het pand aan het Rapenburg, waarmee het huis zijn definitieve aangezicht krijgt. 

In 1886 koopt de Waalse Diaconie Rapenburg 12 en komt er een tijdelijk einde aan de functie als woonhuis, twee jaar later wordt ook nummer 14 gekocht. Om de functie van ziekenhuis naar buiten toe uit te dragen wordt in 1892 een nieuwe gevel geplaatst aan de Papengracht 13-15. Lang heeft het niet als ziekenhuis gediend; in 1925 sloot het Hôpital Wallon zijn deuren, omdat zij niet bestand bleken tegen de modernisering en nieuwe eisen van de medische wereld. 

Toen in 1929 het stadhuis afbrandde, bleek het Wallon de ideale plek om het stadsbestuur te huisvesten, terwijl het nieuwe stadhuis gebouwd werd en in 1940 klaar voor gebruik was. Vrij snel daarna vorderde de Duitse bezetter het pand om er een militair ziekenhuis in te richten. 

In 1945, na de Bevrijding, ging de universiteit weer open en kwamen de eerste studenten weer de stad in en werd het huis bewoond door studenten. In 1961 werd de Stichting Leidse Studenten Huisvesting eigenaar van het pand. 

In 1989 sluiten oud-bewoners de handen ineen om Rapenburg 12-14 van de SLS te kopen en zo zelf de exploitatie te verzorgen, de panden aan de Papengracht blijven in handen van de SLS.